Wijkagenten werken in principe zelfstandig, maar kunnen in sommige gevallen samen optrekken. Bijvoorbeeld om te voorkomen dat ze tegen elkaar worden uitgespeeld of in lastige situaties. Voor een deel voelen wijkagenten dit impliciet aan, voor een deel maken ze hierop expliciet afspraken met elkaar.
‘Ik loop samen met Karin in de wijk, de werkzaamheden van Karin zijn vaak op afspraak geregeld. Karen draait veel zogenaamde MEP(Multi Etnisch Politiewerk) zaken en doet veel in het sociale netwerk. Karen heeft een netwerk waar je u tegen zegt. Zelf probeer ik meer te zijn van het zelf signaleren en oppikken. Hierdoor vullen wij elkaar heel goed aan, dit maakt ons als koppel sterk.’
‘Karen en ik hebben eigenlijk de niet-bestaande afspraak dat we aan elkaar aangeven wanneer het beter is als Karin of juist ik het woord voer.’
‘We hebben met elkaar de wijk geografisch opgedeeld. In principe kunnen we alle drie overal optreden. Omdat ik in de Schilderwijk ook heel veel met Turkse en Marokkaanse geloofsgemeenschappen in de weer ben geweest, heb ik het meeste contact met de moskee. Niet dat Lex of Paul daar niet komen, of dat ik niet op andere plekken kom, maar dat is zo gegroeid.’
YUTPA-score: 5