Koffie drinken

Wijkagenten weten dat fysieke aanwezigheid belangrijk is. Dat wordt door anderen binnen de politie wel gezien als ‘koffiedrinken’. Door aanspreekbaar en zichtbaar in de wijk te bewegen, door op gezette tijden op vaste plaatsen te zijn, maken de wijkagenten fysiek contact met bewoners laagdrempelig. Dat is voor het opbouwen van een vertrouwensband belangrijk.

‘Collega’s denken dat wijkagenten de hele dag koffie drinken.’

 

‘Ik pak vaak een specifieke bus en rij eigenlijk altijd met open raam. Buurtbewoners herkennen die bus, en ook rennen bepaalde jongeren niet weg.  Als de noodhulp met de surveillancewagen aankomt, dan is dat negen van de tien keer repressief. Dus dan weten de jongeren dat ze zich uit de voeten moeten maken.  Als de wijkagent met de bus komt, dan weten ze dat ze een kletspraatje krijgen of een waarschuwing, maar de noodzaak om weg te rennen is bij de wijkagent over het algemeen anders. Al weet men in de wijk heel goed, als Karen of Dimitri je nodig hebben komen ze je halen.’

 

‘Als wijkagent ga ik het liefst lopend de wijk in. Je ziet dan zelf meer omdat je langzamer gaat en je bent direct aanspreekbaar voor bewoners.’

 

‘Ik ga altijd even bij het cultureel centrum langs. En ik loop vaak even bij de moskee binnen. Het cultureel centrum is een vast punt, daar kom ik meerdere keren per dag. Daar is een hoge concentratie van mensen, van allerlei pluimage. Ook jongerenwerk zit daar, opbouwwerk zit daar. Dan kun je ook dingen afstemmen. Soms heb ik afspraken, bijvoorbeeld met de moskee over rolmodellen voor oud&nieuw. Maar ik doe eigenlijk heel veel buiten, ter plekke dingen bespreken en regelen.’    

 

YUTPA-score: 7

Leave a comment